Mijn Modelspoorbaan: seinen
Inleiding | De gebruikte seinpalen | Foto's | Schakeldecoders voor seinen | Seinen in programma Koploper

Inleiding

Vroeger werden seinen gebruikt voor de directe beïnvloeding van de treinenloop door het afschakelen van railsecties vóór een sein. Met de komst van meertreinenbesturingssystemen in combinatie met een besturingsprogramma zoals Koploper, is dat niet meer nodig. Het programma zorgt ervoor dat treinen netjes optrekken en afremmen in blokken zonder te botsen. Zichtbare seinpalen zijn daarbij dus niet strict nodig.
Aangezien seinen in het grootbedrijf nog veel worden gebruikt op normale lijnen is het niettemin toch wenselijk om seinen op modelbanen toe te passen om de werkelijkheid te benaderen. De voortdurend omschakelende seinlichten en bewegende seinarmen leveren ook een boeiend schouwspel op.
Ik gebruik op mijn modelbaan seinen om blokken en het rijden uit opstelblokken te bewaken en beperk mij tot het toepassen van hoofseinen. Ik gebruik dus géén voorseinen. De door mij gebruikte seinen hebben twee of 3 standen: onveilig en veilig met eventueel de stand veilig met snelheidsbeperking.
Alle seinen zijn aangesloten op schakeldecoders en de aansturing daarvan wordt volledig uitgevoerd door programma Koploper. In het programma kan het schakelgedrag worden ingesteld.

 
 

De gebruikte seinpalen

Viessmann armseinen
Viesmann levert voor een redelijke prijs fraaie armseinen naar voorbeeld van de DB. De elektromagnetische aandrijving zit aan de mast vast in de lengterichting en wordt door een gat in de treintafel gestoken en bevindt zich na montage onder de tafel. De armen worden mooi langzaam gesteld, zoals wordt getoond door onderstaande animatie, en de dempingsfactor is zelfs instelbaar. De aandrijving heeft een eindafschakeling en er is bovendien een vrij schakelcontact dat is gesloten in de veilige stand van het sein.
Ik heb twee 1-arms seinen geplaatst. De seinen worden aangestuurd door schakeldecoders van Lenz of Littfinski. De LED-verlichting van het armsein is aangesloten op de wisselspanning die gebruikt wordt als voeding voor de schakeldecoders.
 
 
Armseinen van Viesmann

 
 

Lichtseinen van Conrad
Onderstaand plaatje toont enkele van de seinpalen die al enige tijd worden geleverd door Conrad Electronic. Ik gebruik op mijn modelspoorbaan blokseinen met 2 en 3 LED's.
De seinen worden als bouwpakket geleverd, inclusief alle onderdelen en voorzien van een duidelijke handleiding.
De anodes (plus-aansluiting) van alle LED's worden met elkaar verbonden en op de gemeenschappelijke (plus) draad aangesloten. De kathode van elke LED wordt via een afzonderlijke draad aangesloten op een serieweerstand van 1,2 kOhm.

Er moet nauwkeurig gewerkt worden om de seinen netjes in elkaar te zetten. Na montage moet de achterzijde van de LED's zwart geverfd worden om te voorkomen dat ze naar achteren toe licht uitstralen.
De seinpalen zijn voorzien van een snel-montage-voet. Voor de montage moet een gat met doorsnede van 5,5 mm door de bodemplaat van de treinbaan worden geboord op de plaats waar de seinpaal moet komen (op een afstand van ongeveer 2,5 cm verwijderd van de dichtsbijzijnde railstaaf, bij binnenbochten een wat grotere afstand aanhouden !). De seinpaal kan vervolgens in dit gat worden gestoken en hierdoor wordt de bedrading naar de onderzijde van de baan geleid. De draden kunnen nu worden aangesloten op een geschikte schakeldecoder.
 
 
Een overzicht van lichtseinen die Conrad als bouwpakket levert.

 
 
 
 

Foto's van seinen op mijn modelbaan

Een foto van elk type sein dat ik gebruik op mijn modelbaan.
 
Voorbeeld van lichtseinen op mijn modelbaan: dit zijn lichtseinen met een rode en groene seinlamp van Conrad die fungeren als uitrijseinen bij het station.

Voorbeeld van een lichtsein op mijn modelbaan: een lichtsein met rode, gele en groene seinlamp van Conrad met de 3 seinbeelden die ingesteld kunnen worden.

Voorbeeld van een armsein op mijn modelbaan: een 2-standen sein met 1 arm van Viessmann.

 
 
 

Schakeldecoders voor seinen

Ik gebruik voor de aansturing van alle wissels en de seinen met elektromagnetische spoel-aandrijving schakeldecoders van Lenz (LS-100/LS-110/LS-150) en Littfinski.
 
De LED-seinen worden bestuurd met Littfinski schakelmodules type SA-DEC-4 die voorzien zijn van 4 bistabiele relais. De schakeldecoders hebben 4 aansluitingen voor seinen. Voor elk sein is 1 enkelpolig omschakelcontact (van een bistabiel relais) via een klemmenstrook beschikbaar. Op één module kunnen dus vier seinen met 2 standen (rood/groen) worden aangesloten. Bij gebruik van seinen met 3 standen (rood, groen en geel/groen) zijn twee schakelcontacten per sein nodig.
Ik heb de modules enigszins gewijzigd zodat de voeding voor de LED's wordt afgenomen van de modulevoeding. Dat is zonder problemen mogelijk omdat de LED's erg weinig stroom verbruiken.
Daarvoor moeten 4 printbanen worden doorgesneden (met een mes of freesje) en 8 draadverbindingen worden aangebracht.
De gemeenschappelijke plus-aansluiting van een lichtsein kan na modificatie worden aangesloten op schroefklem gemarkeerd met "GEM" van een klemmenstrook op de module. De minus-aansluiting van de rode LED wordt via een serieweerstand van 1,2 kOhm aangesloten op de middelste schroefklem van de klemmenstrook (maakcontact). De minus-aansluiting van de groene LED wordt via een serieweerstand van 1,2 kOhm aangesloten op de overblijvende schroefklem van de klemmenstrook (verbreekcontact).
 
Hier is de onderzijde van een Littfinski schakelmodule SA-DEC-4 zichtbaar, die ik heb gewijzigd zodat de voeding voor op de module aangesloten lichtseinen van de modulevoeding wordt afgenomen. De rode cirkeltjes geven aan welke printbanen moeten worden doorgesneden. De blauwe en groene draden geven aan welke draadverbindingen gelegd moeten worden voor respectievelijk de plus-verbinding en de minus-verbinding met de LED-seinen. De rode "+" en "-" wijzen naar de plus- en minus-aansluiting van de module-voeding op de print.

De hier weergegeven kleurcodering op elke klemmenstrook vergemakkelijkt het aansluiten van lichtseinen. De gemeenschappelijke plus-aansluiting van de LED-seinen wordt aangesloten op de zwarte klem, de minus-aansluiting van de rode LED op de rode klem en de minus-aansluiting van de groene LED op de groene klem.

 
 
 

Hier is de onderzijde van een nieuwere versie Littfinski schakelmodule SA-DEC-4 zichtbaar, die ik heb gewijzigd zodat de voeding voor op de module aangesloten lichtseinen van de modulevoeding wordt afgenomen. De blauwe cirkeltjes geven aan welke printbanen moeten worden doorgesneden. De rode en zwarte draden geven aan welke draadverbindingen gelegd moeten worden voor respectievelijk de plus-verbinding en de minus-verbinding met de LED-seinen.
De onderste foto toont de bovenzijde van deze module. De opdruk van de stand van de schakelaars nabij de klemmenstroken waarop de lichtseinen worden aangesloten is niet correct. De door mij aangebrachte kleurcode op de klemmenstroken geeft aan hoe de rode en groene seinen moeten worden aangesloten wanneer bij schakelen in de stand "rechtdoor" het groene sein is aangeschakeld.

 
 

Klik hier voor meer informatie over schakeldecoders.

 
 

Seinen in programma Koploper

Seinstelsel / seindefinities
In programma Koploper kunnen seinstelsels van verschillende landen (desgewenst door elkaar) worden gebruikt.
Aangezien ik alleen seinen naar Duits voorbeld gebruik, heb ik het Nederlandse seinstelsel deels "verDuitst" door Duitse sein-symbolen toe te passen in het baanoverzicht.
Zo gebruik ik Duitse armseinen met 2 standen (rood/groen), Duitse lichtseinen met 2 standen (rood/groen) en Duitse lichtseinen met 3 standen (rood/groen/groen-geel).
Onderhouden gaat via Koploper menu Onderhouden / Baandefinities / Seinen / Seinen.
 
 

Seindefinitie 1: Duits lichtsein met 2 standen
Duits lichtsein met 2 standen. Groen wordt getoond vanaf snelheid 0 km/h (een andere keuze is overigens niet zinvol want het sein kent geen alternatieve veilige seinstand).
Naam: Gert Duits blok 2L.

 

Seindefinitie 2: Duits lichtsein met 3 standen
Duits lichtsein met 3 standen. Groen-geel wordt getoond tot snelheid 51 km/h. Groen wordt getoond vanaf snelheid 51 km/h.
Naam: Gert Duits inrij 3L.

 

Seindefinitie 3: Duits armsein met 2 standen
Duits armsein met 2 standen. Groen wordt getoond vanaf snelheid 0 km/h (een andere keuze is overigens niet zinvol want het sein kent geen alternatieve veilige seinstand).
Naam: Gert Duits blok 2Arm.

 
 
 

Seinen in het Baanontwerp van Koploper
De eigenschappen van seinen in het Baanontwerp van Koploper worden ingesteld in het Baanontwerp, keuze knop Sein eigenschappen.
Seinen kunnen op de layout van het baanontwerp worden geplaatst via Tool algemeen, deze tool wordt zichtbaar na menukeuze Baanontwerp.
In het vak Seinen van Tool algemeen wordt eerst de gewenste seindefinitie geselecteerd. In mijn geval is dat bijv. "Gert Duits blok 1Arm". Ook de gewenste oriëntatie van het sein kan worden ingesteld. Vervolgens kan het plaatje van het sein worden gesleept naar de gewenste plek op het baanontwerp.

 
 
 

Voorbeelden van seinen met hun eigenschappen in het baanontwerp
Drie voorbeelden van een sein zoals ik ze toepas in mijn baanontwerp van Koploper, van elke door mij gebruikte seindefinitie één sein.
 
 
Voorbeeld 1: Duits lichtsein met 2 standen
Eigenschappen van een Duits 2-standen lichtsein ("Gert Duits blok 2L") in het Baanontwerp van Koploper.
Bijvoorbeeld het sein in blok 28 voor de toegang tot de blokken 3 en 4.

Het sein is aangesloten op één uitgang (wissel/sein-aansluiting) van een Lenz schakeldecoder met adres 52.
Aangezien het hier gaat om lichtseinen is dat een gemodificeerde schakeldecoder met relais-uitgangen, zoals hierboven werd beschreven.
De seinlampen zijn fout aangesloten: dat wil zeggen dat de veilige stand rood geeft en de onveilige stand groen, vandaar het vinkje bij "fout aangesloten" om de fout "recht te zetten"; ik had natuurlijk ook even de moeite kunnen nemen om de draden voor de groene en rode seinlamp om te draaien...
Het sein staat in blok 28 en bewaakt de toegang naar de blokken 3 en 4 en de standaard seinstand is groen, dat wil zeggen dat het sein op groen staat wanneer minstens één van de blokken 3 of 4 niet bezet is of tenzij het voor een trein gewenste inrijblok 3 of 4 wel bezet is. Bij een standaard seinstand rood zou het sein alleen groen tonen wanneer een trein mag vertrekken uit blok 28 naar het inrijblok 3 of 4.

 
 

Voorbeeld 2: Duits lichtsein met 3 standen
Eigenschappen van een Duits 3-standen lichtsein ("Gert Duits inrij 3L") in het Baanontwerp van Koploper.
Bijvoorbeeld het sein in blok 26 voor de toegang tot onder andere de blokken 28, 29 en 43.

 

Het sein is aangesloten op twee uitgangen (wissel/sein-aansluitingen) van een Lenz schakeldecoder met de adressen: 47 en 48, dat wordt duidelijk op het venster met de Uitgebreide sein-eigenschappen na klikken op de knop Uitgebreid. Aangezien het hier gaat om lichtseinen betreft het een gemodificeerde schakeldecoder met relais-uitgangen, zoals hierboven werd beschreven. De rode en groene seinlamp worden geschakeld door uitgang adres 47 (stand rood/afbuigend resp. stand groen/rechtdoor) en de gele seinlamp door uitgang adres 48 (stand groen/rechtdoor).
Op het venster met de Uitgebreide sein-eigenschappen staat ingesteld hoe de seinlampen moeten schakelen voor de seinstanden rood, groen en geel. Bij seinstand geel zijn de gele en groene seinlamp allebei aangeschakeld en dat moet ook bij dit type sein (bovendien is het ook niet mogelijk om zowel de rode en groene seinlamp uit te zetten, één van beide is namelijk altijd aan).
Bij Volgorde kan worden ingesteld in welke volgorde beide wisseldecoder-adressen indien nodig gewijzigd moeten worden, het is immers niet mogelijk om beide decoder-adressen tegelijkertijd te besturen.
Het sein staat in blok 26 en bewaakt de toegang naar de blokken 28 t/m 32 en de standaard seinstand is groen, dat wil zeggen dat het sein op groen staat tenzij een aangrenzend blok waar een trein in wil rijden bezet is.

 

De keuze tussen de seinbeelden groen en geel/groen maakt programma Koploper door te kijken naar de ingestelde maximale doorrijsnelheid van de ingestelde wisselstraat die achter het sein ligt.
- Ik heb voor de wisselstraten vanuit blok 26 naar de blokken 30, 31, 32 en 43 een snelheid van 50 km/h ingesteld: dan wordt bij sein veilig seinbeeld geel/groen getoond.
- Voor de wisselstraat vanuit blok 26 naar blok 28 geldt geen snelheidsbeperking: dus wordt bij sein veilig seinbeeld groen getoond.
- Voor de wisselstraat vanuit blok 26 naar blok 29 geldt een maximale snelheid van 60 km/h: ook dan wordt bij sein veilig seinbeeld groen getoond.
Onderstaande plaatjes laten de ingestelde doorrijsnelheid zien bij de wisselstraat van blok 26 naar blok 43.

 
 

Voorbeeld 3: Duits armsein met 2 standen
Eigenschappen van een Duits 2-standen armsein ("Gert Duits blok 2Arm") in het Baanontwerp van Koploper.
Bijvoorbeeld het sein in blok 5 voor de toegang tot onder andere de blokken 20 en 60.

 

Het sein is aangesloten op een uitgang (wissel/sein-aansluiting) van een Lenz schakeldecoder met adres: 40.
Aangezien het hier gaat om een sein met twee elektromagnetische spoelen voor de bediening betreft het een Lenz schakeldecoder voor wissels.
Het sein staat in blok 5 en bewaakt de toegang naar de blokken 20 en 60 en de standaard seinstand is rood, dat wil zeggen dat het sein als vertreksein fungeert: de stand is alleen groen wanneer een trein mag vertrekken uit blok 5.
Waarom zijn de blokken 6 en 7 niet aangevinkt? Omdat deze bloksporen deels in een locloods liggen en het sein is niet bedoeld voor toegangsbewaking tot de locloods.

 
 


Website gertvanvoorst.nl - © Gert van Voorst - Gewijzigd op 28-6-2012.